De deuren van de spoedafdeling glijden met een zucht open, alsof ze de aanslepende vermoeidheid van de heen en weer hollende gemaskerden voelen. Blauwe en groene steriele pakken krioelen door elkaar. Het is druk in het ziekenhuis, ondanks het late uur. Of het vroege uur, het is maar hoe je het bekijkt. Deze afdeling swingt misschien minder uitbundig dan de stad die Frank Sinatra bezong, maar ook hier slaapt men nooit.
Als koerier van bloed en menselijke weefsels kom ik elke dag en nacht in ziekenhuizen. Ik rijd mijn zwarte busje de parking op of de dienstingang binnen, lever of haal op en stap weer naar het busje. Een vierwieler, ja. De motorfiets van CoolXpress Medical rijdt ook nog, maar nu zijn er dus ook busjes. Een lang verhaal dat ik een andere keer vertel. Af en toe is er tijd voor een praatje, terwijl ik wacht. Zoals vannacht in West-Vlaanderen. De spoedafdeling van dit ziekenhuis telt 20 behandelruimtes en 6 observatiekamers. Dat is veel, en doorgaans zijn er vijf of zes van die behandelruimtes bezet. Door nachtelijke ongevallen, mensen die onwel geworden zijn, te driftig ruzie gemaakt of net te hard gefeest. Deze nacht zijn ze alle zesentwintig bezet. Net zoals de vorige nacht en waarschijnlijk de volgende nacht. COVID-19. De verpleegkundigen blijven vriendelijk en professioneel, maar de moed is stilaan op. De vierde golf heeft alle reserves opgevreten, deze vijfde zogenaamd milde golf is er te veel aan. Het personeel valt zelf zienderogen uit, of moet in quarantaine na een hoogrisicocontact. Hier zijn alleen maar hoogrisicocontacten. In een ander ziekenhuis, in Oost-Vlaanderen, zie ik het aantal coronazieken letterlijk van dag tot dag evolueren. In de gang van de spoedafdeling hangt een mobiel gordijn. Voor het gordijn liggen de ‘gewone’ gevallen, achter het gordijn de covidpatiënten. Het gordijn staat nu al wekenlang akelig dicht bij de ingang. De dienst intensieve zorgen kan dankzij de omikronvariant even op adem komen, bij de spoeddienst blijft het voorlopig dweilen met de kraan open. Terwijl ik met een lege koelbox naar de auto stap, vraag ik me af hoelang het nog duurt voordat de slopende vermoeidheid bij de zorgverleners die in de vuurlinie staan, omslaat in moedeloosheid. Op de parking van het ziekenhuis heerst alleen stilte. Applaus weerklinkt hier al lang niet meer. Nog twee uur en het wordt licht.
0 Comments
Your comment will be posted after it is approved.
Leave a Reply. |
Archief
February 2023
Rubrieken |